De familie Dhondt uit de Hellestraat is zwaar gebeten door de motorcrossmicrobe. In onze vorige editie brachten we al een interview met Jérôme, nu zetten we de oudere zus Xena (19) in de spotlight.
In het crosscircuit kan je best wat spieren gebruiken maar wie een gespierde kleerkast verwacht komt bedrogen uit. Xena is een mooie, slanke jonge vrouw maar wel eentje met ambitie. Op de motor maar ook vooral daarnaast.
‘Op mijn negen jaar ben ik in de weide begonnen met een goedkope moto. Ondertussen ben ik aan mijn vijfde exemplaar bezig, telkens de vorige verkocht om een nieuwe aan te schaffen. Ik reed een tijdje in een speciale damesreeks bij de VMO, speciaal voor meisjes en vrouwen van 14 tot 99 jaar. Bij de miniladies werd ik twee keer Oost-Vlaams kampioen en één keer vice-kampioen. Maar nu ben ik weg bij de jeugd, vanaf 18 ben je volwassen maar ook om de andere jongeren kansen te geven.’
‘Nu rijd ik dus samen met de mannen. Veelal oudere mannen’, lacht Xena. ‘Een pak zwaarder want die mannen rijden serieus door. In het begin kreeg ik wel wat vrouwonvriendelijke opmerkingen naar mijn kop maar eens je je plaatsje opgeëist hebt gebeurt dat niet meer. Je hoort snellere piloten soms wel roepen om opzij te gaan en zo kan iedereen zijn eigen tempo rijden.’
Slagveld in een bos
‘In het weekend gaan we vaak trainen in het Zeeuwse Rilland. Daar heb je een circuit waarvoor je wel vooraf moet reserveren om je rondjes te rijden. Doorheen de week onderhoud ik de conditie met lopen en fietsen en soms ook wat krachttraining.’
‘Ik wil vooral niet te veel risico’s lopen om te vallen. Drie jaar geleden liep ik al een polsbreuk op. Een waar slagveld was het daar in dat bos in Tessenderlo. De leider was gevallen in een steile afdaling en al de rest is daar bovenop gereden. Ik ben zelf naar de kant gekropen en werd toen aangereden. Een ware ravage was het daar op een bloedhete dag met enkele zwaar geblesseerden.’
Maar Xena lijkt toch een beetje een kwajongen. ‘Het was niet mijn eerste breuk. Ik had voordien al een keer mijn arm gebroken op een crossparcours. Gesprongen, overkop gegaan en arm gebroken. Dat kan gebeuren. Een professionele pilote zal ik niet meer worden. Dat is te hoog gegrepen. Dan zou ik 24 op 7 moeten trainen en al de rest opgeven. Laat het voor mij maar een pure hobby blijven, ideaal om na een ambetante week een keertje de gedachten leeg te maken.’
Patisserie
‘De voorbije weken heb ik niet op de motor gezeten. Ik zat in het zesde jaar van hotelschool Spermalie in Brugge en in het kader van die studie heb ik zes weken stage gelopen in toprestaurant Demain te Cadzand. De chef vond het heel chique dat ik hiervoor mijn motor zes weken niet aangeraakt heb om zeker geen risico op blessures te hebben. Maar naast die stages kan je me ook vinden in ‘Vlasbloemeken in Koewacht. Ook een topper, kijk maar eens in de Michelingids.’
‘Velen zijn verrast door de combinatie van de stevige motorcross met de culinaire finesses. Maar hierbij eindigt het niet, ik wil alles weten van zowel de zaal als de keuken. Daarom start ik nog een zevende jaar patisserie. Ook in Brugge maar dit keer in Ter Groene Poorte. Alle dagen heen en weer, vroeger met de trein, nu heb ik een rijbewijs en kan ik ’s avonds nog trainen.’
Quote:
‘Laat het voor mij maar een pure hobby blijven, ideaal om na een ambetante week een keertje de gedachten leeg te maken.’
Xena Dhondt